Piazza del Carmine, 14
Vervolg je weg over de Ponte Amerigo Vespucci, door de Via Sant’Onofri tot aan Borgo San Frediano. Sla daar linksaf en loop 250 meter verder rechts het Piazza del Carmine over tot aan de Santa Maria del Carmine.
In dit deel van de stad, Oltrarno (over de Arno), zie je veel minder toeristen en is het kalmer dan in de binnenstad. Je kan hier gerust een hele dag op verkenning gaan en uitgebreid de tijd nemen om de Brancacci-kapel in de karmelieter kerk Santa Maria del Carmine te bezichtigen. Volgens velen, onder wie ondergetekende, bevinden zich hier de allermooiste fresco’s van Florence, een kleurrijke en diepzinnige parel verscholen in de zijkapel van een van de minst opzienbarende kerkgevels in Italië. Maar laat je niet misleiden door de wat troosteloze en onafgewerkte buitenkant. Betreed de deur rechts van de hoofdingang en laat je inpalmen door wat weleens de Sixtijnse Kapel van de vroegrenaissance wordt genoemd.
Drie Florentijnse kunstenaars hebben aan deze frescocyclus meegewerkt: Masaccio, Masolino en Filippino Lippi. De eerste twee legden de basis maar lieten de fresco’s rond 1427-1428 onvoltooid achter, waarna Filippino Lippi het geheel in 1484-1485 afwerkte. Het kunsthistorisch belang van deze fresco’s zit hem vooral in de vernieuwingen die Masaccio introduceerde en die extra in de verf werden gezet door het verschil in aanpak tussen hem en zijn achttien jaar oudere collega-leermeester Masolino. Vergelijk bijvoorbeeld Masaccio’s Verdrijving uit het paradijs met het fresco daartegenover, Masolino’s De zondeval. Masolino, een aanhanger van de toen in zwang zijnde internationale stijl of internationale gotiek, schilderde elegante serene figuren die uit een harmonieuze en hoofse fantasiewereld lijken te zijn weggelopen. Masaccio’s universum daarentegen was er een vol menselijke dramatiek en ruimtelijke diepgang. Hij paste als een van de eersten lichte en donkere vlakken toe om de afgebeelde figuren meer body en consistentie te geven, een aanpak die sterk verschilde van het vlakke lijnenspel van Masolino. Masaccio maakte ook gebruik van het lijnperspectief en natuurlijke lichtinval om de illusie van ruimte en werkelijkheid te vergroten. En om meer diepgang in de landschappen te creëren verlichtte hij gradueel de kleurtonen van de achterliggende bergen. Gezichtsexpressie, lichtinval, lijnperspectief, kleurwaarden: Masaccio experimenteerde met tal van technieken om de scènes een hoger realiteitsgehalte te geven en een illusie van perspectief te creëren.
Tekenend voor zijn opzet is het bekendste tafereel in de frescocyclus, Pagamento del tributo (De cijnspenning), een scène waarin Jezus met zijn apostelen en omstaanders discussieert over de rechtvaardigheid van belastingen. De figuren van Jezus en de apostelen zijn, ondanks de halo boven hun hoofd, geen lichtvoetig dartelende engelen, maar stevig in de aarde gewortelde mensen van vlees en bloed – vissers en handelaars die zich bovendien voortbewegen in een landschap dat onmiskenbaar Toscaans is. Wat het realisme nog versterkt is het feit dat deze scène geschilderd is rond 1427, op een moment dat in Florence een nieuwe veelbesproken belastingswet, de catasto, werd ingevoerd. Alsof Masaccio deze Bijbelscène wou vertalen naar de actualiteit en het reële leven van de Florentijn in die tijd.
Masaccio is niet zo bekend, maar zijn invloed op de westerse schilderkunst is bijzonder groot. Alle grote Florentijnse artiesten na hem, Fra Angelico, Filippo Lippi, Piero della Francesca, Da Vinci, Michelangelo en Rafaël hebben Masaccio’s fresco’s grondig bestudeerd en zijn danig beïnvloed geweest door dit vroegrijpe genie dat helaas al op zevenentwintigjarige leeftijd en in duistere omstandigheden gestorven is.
Masaccio heeft zichzelf afgebeeld op een van de fresco’s. Onder De cijnspenning bevindt zich De opwekking van de zoon van Theophilus en Petrus op zijn troon, een fresco waaraan zowel Masaccio als Lippi gewerkt heeft. Helemaal rechts voor een openstaande deur staan vier mannen. Degene die naar het publiek kijkt is Masaccio. De man achter hem is Brunelleschi, links van hem staat Leon Battista Alberti en de kleine man rechts van Masaccio, nauwelijks zichtbaar, is Masolino. Het afbeelden van tijdgenoten en van de schilder zelf (die meestal het publiek aankijkt) is nog een vernieuwing van Masaccio die met veel enthousiasme werd overgenomen door andere schilders.
En nu? Tijd voor een aperitivo op het Piazza Santo Spirito, weg van de toeristische drukte. Als je uit Santa Maria del Carmine komt, ga rechts de Via Santa Monaca in. Aan het einde van de straat vervolg je schuin rechts je weg in de Via Santa’Agostino. Even verder vind je aan je linkerkant een groot plein met aan de overkant de basilica di Santo Spirito. Geniet ervan.